Klinkt je vioolspel af en toe rommelig?

Door te spelen vanuit je vingertoppen in plaats van vanuit je armen, kun je een heldere klank maken met een goede articulatie

In deze video leg ik uit hoe dat werkt voor de linkerhand en de rechterhand:

1) Sterke linkerhand

Speel altijd met een sterke en sportieve linkerhand. Sla je vingertoppen op de toets, zodat je ze zelfs kunt horen als je niet strijkt. Ik bedoel hiermee niet dat in de hals van de viool moet knijpen of dat je onnodige spanning in je linkerhand moet hebben. Je linkerhand moet over het algemeen juist heel ontspannen zijn, maar de actie is sportief en vastberaden. Dit is goed voor je articulatie. Ook zul je merken dat het met deze techniek gemakkelijker is om betrouwbaar zuiver te spelen.

2) Vloeiende streek

Je linkerhand moet van staal zijn en je rechterhand van fluweel. Dit is één van de moeilijkste dingen van het vioolspelen. Terwijl je sterke vastberaden bewegingen maakt met je linkerhand, moeten de bewegingen van je rechterhand juist zacht en vloeiend zijn.

Strijk niet alleen met je (onder)arm. Beweeg je pols en vingers mee met de rechte beweging van de strijkstok. Behalve dat het belangrijk is om een juiste strijkstokhouding te hebben en de goede bewegingen te maken, moet dit met een ontspannen arm en hand gebeuren. Onnodige spanning is wellicht voor het oog niet te zien. Wel stopt het de resonantie in je viool en strijkstok, waardoor je een geknepen klank maakt.

Knijpen in je strijkstok of een gespannen strijkstokhouding heeft hetzelfde effect op je vioolspel als dat je de keel van een zanger zou dichtknijpen terwijl hij een mooie area probeert te zingen. Dit zorgt namelijk voor een stikkend en geforceerd geluid, terwijl je idealiter juist de klank uit je viool zou moeten bevrijden.

Bekijk deze videolessen om vloeiend te leren strijken op de viool:

Klik hier voor meer gratis videolessen over streektechniek op het Engelstalige platform Violin Lounge.

3) Kleine vloeiende snaarwisselingen

Veel violisten doen snaarwisselingen met grote bewegingen in hun bovenarm. Dat is hoe je in het begint leert wisselen tussen de snaren. Echter door juist kleine en compacte bewegingen te maken met je pols en vingers, hou je meer controle en kun je de snaarwisselingen in hoger tempo uitvoeren. Ook is het op die manier makkelijker om een volle klank te behouden.

Zeker wanneer je veel snaarwisselingen achter elkaar hebt in een hoog tempo, is het belangrijk om de beweging zo klein mogelijk te maken. Ook is het belangrijk deze bewegingen zoveel mogelijk met je vingers en pols in plaats van je arm uit te voeren.

4) Goede samenwerking tussen je linker- en rechterhand

Je vingerzettingen met je linkerhand en het strijken met je rechterhand moeten goed op elkaar afgestemd zijn. In de video laat ik zien hoe je snelle loopjes kunt oefenen met stopjes, zodat je je linkerhand en rechterhand met elkaar ‘synchroniseert’.

5) Gezonde klank

Of je nu ‘alleen maar’ aan het oefenen bent of dat je zacht speelt, zorg er altijd voor dat je een volle gezonde klank maakt. Probeer foutjes niet weg te moffelen door een beetje vaag en zachtjes te spelen. Hier hou je jezelf mee voor de gek en je belemmert de vooruitgang in je vioolspel. Zorg er altijd voor dat je kunt horen wat je aan het doen bent, zodat je in staat bent fouten op te merken en te corrigeren. Op deze manier heeft het oefenen echt zin en gaat je vioolspel vooruit.

Klik hier voor meer gratis videolessen over toonvorming (het maken van een mooie klank) op het Engelstalige platform Violin Lounge.